Het verbod op de aanbidding van Graven e.d. naast Allaah de Grote
Shaych al-Iemaam al-'Allaamah 'Abd al-'Aziez ibn Baaz Vraag: De laatste tijd verspreid zich in een aantal Islaamitische samenlevingen een hoeveelheid overtredingen (van de Islaamitische wetgeving) zoals; dat wat er bij bepaalde graven gebeurt wat voortvloeit uit het zweren, beloven en toezeggen. De ernst van deze overtredingen is vaak uiteenlopend, maar in de meeste gevallen verschilt het van de Shirk die iemand uit de Islaam doet zetten tot dat wat minder ernstig is. Daarom hopen wij op uitleg van Zijne Eminentie en verduidelijking van de wetgeving desbetreffende deze zaken, met daarnaast een algemeen advies aan de moslims over wat hen vrees inboezemt over het lichtzinnig omgaan met deze (ellendige) overtredingen en een te gemakkelijke benadering van deze onderwerpen?
Antwoord: Alle lof is aan Allaah, moge Allaah's Zegen en Vrede met de boodschapper van Allaah, zijn familie, metgezellen en oprechte opvolgers zijn!
Wat volgt; Waarachtig, het is zo dat veel mensen geen onderscheidt weten te maken tussen de zaken die Islaamitisch wettelijk toegestaan zijn, en de verboden soorten van aanbidding en innovaties die zich (jammer genoeg) afspelen op de begraafplaatsen. Men kan door deze onwetendheid en door toedoen van het blindelingsvolgen vervallen in het uitvoeren van de Grote Shirk.[1] Daarom is het een verplichting voor de bezitters van kennis om het geloof overal aan de mensen te verduidelijken, en hen in te lichten over de werkelijkheid van de toekenning van partners aan Allaah (Shirk), en de Eenheid van Allaah. En daarom is het een verplichting voor de geleerden dat zij de mensen inlichten over de verschillende manieren die een persoon in shirk doen belanden, en over de verschillende soorten innovaties (bida’h) die zich in hun samenleving manifesteren, zodat zij hiertegen gewaarschuwd zijn.
Allaah Ta’ala zegt: “En (gedenk) toen Allaah een verbond sloot met degenen die het Boek gegeven waren (Joden en Christenen) om het (boek) aan de mensen duidelijk te maken en het niet te verbergen.”[2]
En Allaah Subhaanehoe wa Ta’ala zegt: “Voorwaar, zij (de Joden en de Christenen) die de duidelijke bewijzen, feiten en de Leiding die Wij hebben neergezonden verbergen (het Profeetschap van Mohammed e), nadat Wij die aan de mensen duidelijk hebben gemaakt in het Boek, zij zijn degenen die Allaah Vervloekt en de vervloekers vervloeken hen ook.[3] Behalve degenen die berouw tonen, goede werken verrichten en openlijk (de Waarheid die zij achtergehouden hebben) duidelijk maken. Hun berouw zal Ik aanvaarden. En Ik ben de Meest Berouwaanvaardende, de Meest Barmhartige.[4]
De Profeet (Moge Allaah's Zegeningen en Vrede met hem zijn) zegt:
“Wie (een ander{en}) naar het goede gidst krijgt dezelfde beloning als degene die het (goede) uitvoert.” [5]
En Hij (Moge Allaah's Zegeningen en Vrede met hem zijn) zegt (ook):
“Wie uitnodigt naar Leiding krijgt een beloning gelijk aan de beloning van degenen die hem volgen, zonder dat hun (eigen) beloning verminderd, en wie naar dwaling uitnodigt krijgt de (gelijke) zonden als diegenen die hem volgen, zonder dat er iets van hun eigen zonden verminderd.” [6]
In de twee authentieke boeken; op gezag van Moe’awiyah: De Profeet (Moge Allaah's Zegeningen en Vrede met hem zijn) heeft gezegd:
“Allaah geeft kennis (fiqh i.e begrip) aan wie Hij het goede mee voor heeft!”
De Verzen en overleveringen over het uitnodigen, en het aansporen van de mensen naar het verspreiden van kennis, en het waarschuwen voor het laten (van kennis zoeken) en het achterhouden van kennis zijn talloos. Maar wat er bij de begraafplaatsen in verschillende landen[7] van soorten Shirk en Bida’h wordt uitgevoerd is iets wat bekend is. Het is daarom van uiterst belang dat men zich daarover fermt door te verduidelijken (hoe gevaarlijk dit is) en (de mensen) hiervoor te waarschuwen.
Wat er onder andere gebeurt (bij deze begraafplaatsen) is; het verrichten van smeekbede naar de grafbewoners (doden), hulpvragen aan hen, hen smeken voor genezing van de zieken, hulp vragen tegen vijanden enz. Dit is allemaal van de ‘Grote Shirk’ waar de heidenen (voor de Islaam) ook naar leefden.
Allaah de Heilige zegt: “O Mensen, aanbidt jullie Heer, Degene Die jullie heeft geschapen en degenen voor jullie, opdat jullie (Allaah) zullen vrezen.” [8]
En Allaah de Heilige zegt: "En Ik heb de jinn en de mens slechts Geschapen, opdat zij Mij (alléén) zouden aanbidden. "[9]
Allaah de Heilige zegt: "En jullie Heer heeft geordend dat jullie niets dan alléén Hem mogen aanbidden. "[10] Dit betekent; heeft Geboden en Bevolen
En Allaah de Heilige zegt: "Zij werden niets anders bevolen dan Allaah (alléén) te aanbidden, d.m.v. het oprecht uitvoeren van religieuze daden alléén voor Hem."[11] De Verzen in deze betekenis zijn velen.
De aanbidding waarvoor de Thaqalain (de djinn en mensen) geschapen zijn, en geboden zijn om te volgen is de Eenheid van (Allaah) de Heilige, en de aanbidding zoals; bidden, vasten, verplichte aalmoezen geven, Hadj verrichten, offerdieren slachten, beloven en andere soorten van aanbidding alleen naar Hem te verrichten.
Zoals Allaah de Heilige zegt: “ Zeg: voorwaar mijn salaah, mijn noesoek (slachten van offerdieren), mijn leven en mijn sterven zijn opgedragen, aan Allaah de heer der werelden.” [12] An-Noesoek is een aanbidding waar onder andere het slachten (van offerdieren) onder valt.
Zoals Allaah de Heilige zegt: “Waarlijk hebben wij jou (o Mohammed) Al-Khauwthar (een rivier in het Paradijs) geschonken. Keer daarom naar jou Heer in gebed en slacht (offerdieren alleen voor Hem)."[13]
De Profeet (Moge Allaah's Zegeningen en Vrede met hem zijn) heeft (hierover) gezegd: “Allaah vervloekt diegene die in de naam van een ander dan Hem slacht! Deze hadieth is overgeleverd door Moslim in zijn authentieke boek op gezag van Amier Al-Môminien ‘Ali ibn Abie Taalib.
En Allaah de Heilge zegt: “En de moskeeën (gebedsplaatsen) zijn voor Allaah (alleen), roept dus niets (in aanbidding) naast Allaah aan!” [14]
En Allaah Azzowejjelle zegt: “En wie een andere Ilah (god) aanroept (of aanbid) naast Allaah, waarvoor hij geen bewijs heeft: dan is zijn afrekening bij zijn Heer alleen. Waarlijk, de Kaafiroen (ongelovigen in de Eenheid van Allaah, polytheïsten, ellendigen, heidenen godenaanbidders) zullen niet slagen.” [15]
En Allaah Azzowejellah zegt in Soerah Faatir: “ …Dat is Allaah, jullie Heer, aan Hem behoort het Koninkrijk. En degenen die jullie naast Hem aanroepen, bezitten nog niet eens een Qitmier (vliesje dat over de pit v.e. dadel zit). Als jullie hen smeken (aanroepen in aanbidding), dan horen zij jullie smeken niet, en al zouden zij horen, dan zouden zij jullie (smeekbede) niet voor jullie verhoren. En op de Dag der Opstandig zullen zij verwerpen dat jullie hen aanbaden. En niemand brengt jou (O Mohammed) op de hoogte zoals hij die (alles) weet (i.e. Allaah).” [16]
Allaah de Heilige maakt in deze Verzen duidelijk dat; het bidden voor een andere dan Hem, en het slachten in de naam van een ander dan Hem, en het smeken (in aanbidding) van doden, beelden, bomen en stenen allemaal van de toekenning van partners naast Allaah (Shirk) en Koefr (ongeloof) is. Niets of niemand van diegene die naast Hem aanbeden worden zoals; de profeten, of engelen, of vromen, of djinn, of afgodsbeelden e.d. bezitten de macht om hen enig voor- of nadeel te doen overkomen. De aanbidding van hen naast Allaah is godenarij en ongeloof. Zoals Allaah de Heilige dat verduidelijkt (door te zeggen dat) zij (de afgoden) de smeekbeden van de smekers niet horen, en als zij het wel zouden horen dat zij dan niet in staat zijn om hun wensen te vervullen. Het is dus een verplichting voor iedereen van de djinn en mens die geboden zijn om te gehoorzamen (aan Allaah) dat zij voor deze zaken oppassen, en (anderen) hiervoor waarschuwen en hen onderrichten dat dit allemaal vals is en tegenstrijdig is aan de uitnodiging naar de Tauwhied (Eenheid) van Allaah en de oprechte uitvoering van alle aanbidding alleen voor Hem, zoals alle Profeten عليهم الصلاة و السلام geboden waren om dat te verkondigen.
Allaah Ta’ala zegt: “Waarlijk, hebben Wij aan iedere gemeenschap een Boodschapper Gezonden (die zei:) aanbidt Allaah (alleen) en vermijd (de aanbidding van) de Taghoet (satan, afgoden etc.).” [17]
En Allaah de Heilige zegt: “Wij zonden niet een van de Boodschappers voor jou (O Mohammed), of Wij Openbaarden aan hem (zeggende:) ‘La Illaha Illa-Anna (niemand heeft het recht om aanbeden te worden, alleen Ik)’. Aanbidt Mij daarom (alleen en niets of niemand anders)." [18]
Zo bleef de (Profeet) (Moge Allaah's Zegeningen en Vrede met hem zijn) dertien jaar lang in Mekkah Al-Moekaramah uitnodigen naar Allaah (de Heilige) en waarschuwen voor de Shirk, en verduidelijken wat de betekenis van -La Illaha Illa-Allaah- is. Een klein gedeelte (van de mensen) aanvaarden zijn uitnodiging, maar het overgrote gedeelte (van de mensen) volgden en gehoorzaamden hem niet uit trots en hoogmoedigheid. Daarna emigreerde hij (Moge Allaah's Zegeningen en Vrede met hem zijn) naar Al-Medienah, waar hij de uitnodiging naar Allaah tussen de Moehaajiroen en de Ansaar verkondigde. Vervolgens streed hij op de weg van Allaah (Djihaad) en schreef brieven naar de koningen en leiders van zijn tijd waarin hij zijn verkondiging en de Leiding waarmee hij gekomen was uitlegde. Hij (Moge Allaah's Zegeningen en Vrede met hem zijn) en zijn metgezellen waren uiterst geduldig hierin, totdat het geloof gegrondvest werd en de mensen in groepen het geloof van Allaah (Islaam) aanvaarden.
Bron: Belangrijke Consultatie over Áqiedah vraag 1.
--------------------------------------------------------------------------------
[1] Grote Shirk is het aanbidden van iets of iemand anders naast Allaah, Allaah Ta’ala zegt: [ Voorwaar, Allaah vergeeft niet dat er deelgenoten aan Hem toegekend worden, maar Hij vergeeft daarbuiten wat Hij Wil, voor wie Hij Wil. ] (An-Nisaa`: 116). En Hij zegt: [ Er is reeds aan jouw en aan degenen die voor jou waren geopenbaard: “Als jij anderen (met Allaah) vereenzelvigt in aanbidding dan zullen je daden te niet gaan en zal jij zeker van de verliezers zijn. ] (Soerah Az-Zoemar: 65).
[2] Soerah ali ‘Imraan: 3:187
[3] Ibn Kethier رحمه اللهzegt hierover in zijn Tafsier dat degene die kennis achterhoud vervloekt word door Allaah, Zijn Engelen en alle mensen. En op gezag van Aboe Hoerairah : de Profeet (Moge Allaah's Zegeningen en Vrede met hem zijn) heeft gezegd: “Wie kennis achterhoud nadat hij daar over gevraagd is zal op de Dag der Opstanding met teugels van Vuur (in zijn mond) beteugeld worden.” [overgeleverd door Ahmed 2/495]
[4]Soerah Al-Baqarah: 2:159.
[5]Overgeleverd door Moslim in zijn Sahieh
[6]Overgeleverd door Moslim
[7]Voetnoot vertaler: Jammer genoeg word er in deze tijd nog steeds in de meeste Islaamitische landen grote shirk verricht op de begraafplaatsen e.d. moge Allaah de moslims beschermen van het vervallen hierin!
[8]Soerah Al-Baqarah: 2:21.
[9]Soerah Adz-Zaariyaat: 56
[10]Soerah Al-Israa: 23
[11]Soerah Al-Bayyinah: 5
[12]Soerah Al-An’aam 162.
Soerah Al-An’aam 162.Soerah Al-An’aam 162.
[13]Soerah Al-Khauwthar: 1-2.
[14]Soerah Al-Jinn: 18
[15]Soerah Al-Môminoen: 117
[16]Soerah Faatir: 13-14
[17] Soerah An-Nahl: 36.
[18] Soerah Al-Anbiyaa: 25.